Morgenavond speelt hij tegen de club waar hij zijn grootste succes vierde. Miguel Santos koestert de promotie van Fortuna Sittard nog steeds, maar wil dat kunstje vooral in Kerkrade herhalen.
Je overgang van het Roemeense FC Astra naar Roda JC ging in een sneltreinvaart. Al enigszins geacclimatiseerd?
“Dat deze omgeving voor mij bekend is, speelde mee bij mijn komst naar Roda JC. Ik heb goede herinneringen aan mijn periode bij Fortuna Sittard. Toen ik bij de club arriveerde, stonden we een-na-laatste. Een seizoen later promoveerden we. Hoewel ik mijn bijdrage had geleverd, bereikten we geen overeenstemming over een nieuw contract. Dat neemt niet weg dat ik er trots op ben dat Fortuna nu in de Eredivisie speelt. Ik wens ze het allerbeste, op morgenavond na natuurlijk. Momenteel zit ik in een andere fase van mijn leven. Ik wilde vertrekken bij mijn Roemeense club en heb ervaring op dit niveau. Daarom hoefde ik mij niet tweemaal te bedenken toen het aanbod van Roda JC kwam. Binnenkort komt mijn moeder over uit Roemenië en betrekken we een woning in Brunssum."
Een groot verschil met Paço de Arcos, het idyllische vissersplaatsje aan de Portugese kust waar je bent opgegroeid.
“Het huis van mijn ouders ligt tweehonderd meter van de kust. Eerlijk gezegd mis ik de reuk van de zee. Maar dat is inherent aan het leven als profvoetballer. De ene dag zit je in Boekarest, de andere dag in Kerkrade. Daarom ben ik ontzettend blij dat mijn moeder bij mij is, zij zorgt voor stabiliteit. Mijn vader woont nog in Portugal en mijn broer in Brazilië. Toch is ons gezin heel close. Geen vrouw kan mijn moeder vervangen, ook mijn Roemeense vriendin niet. Zij is niet meeverhuisd, tenslotte ben ik verhuurd door FC Astra. Ook afgelopen seizoen werd ik uitgeleend. Bij FC Academica raakte ik, net als Jan Hoekstra, geblesseerd aan mijn schouder. Vanaf januari was ik weer topfit en kwam ik tot de coronacrisis alle wedstrijden in actie."
Inmiddels staan er bij Roda JC drie wedstrijden achter je naam. Hoe zag je carrière er tot nu toe uit?
“Als vijfjarige begon ik als keeper bij Benfica. Toch heb ik heb het altijd van hard werken moeten hebben. Ik heb niet het talent van mij opa, Arthur Santos, die elf jaar centrale verdediger én aanvoerder van Benfica was. Zijn bijnaam was ‘de rode muur´. In 1961 won hij met Benfica de Europacup I, van dat team is hij nog de enige overlevende. Nadat ik op mijn twaalfde voor mijn studie koos en Benfica verliet, bood de club mij op mijn zeventiende een profcontract aan. Als derde doelman beleefde ik Champions League wedstrijden, reisde ik met de ploeg door Europa en zag ik het beste voetbal. Maar de kans om hogerop te komen bleef uit. Daarom maakte ik op mijn 21e de overstap naar Port Vale dat uitkwam in de First Division. Ongelofelijk hoe het voetbal in Engeland leeft. Als je er nooit geweest bent, kun je het je niet voorstellen. Zelf had ik er helaas een lastige periode, vandaar mijn overstap naar Fortuna Sittard."
Waarmee je in 2018 promoveerde. Smaakt dat naar meer?
“Absoluut, het zou geweldig zijn als ik dat met Roda JC zou kunnen herhalen. Hoewel de resultaten van de laatste weken tegenvallen, hebben we een goede groep met veel ervaring. Als we de nacompetitie halen en alles meezit, kunnen we promoveren. Bij mijn komst viel het me meteen op dat iedereen heel hongerig is en de trainer ‘push us like hell´. Voor wat mezelf betreft kan ik met mijn ervaring van meerwaarde zijn. Ik kan me goed focussen en ben altijd rustig. Ook ben ik atletisch, werkt mijn lengte van 1.93 meter in mijn voordeel en heb ik mijn voetbalkwaliteiten goed ontwikkeld. Zeker in het Nederlandse voetbal is dat heel belangrijk. Daarom is het nu mijn ambitie om aan te tonen dat ik eerste keeper ben én blijf."
RUGNUMMER 21
NAAM: Miguel Santos
GEBOREN: 21 oktober 1994 te Paço de Arcos (Portugal)
CLUBS: Benfica II, Port Vale, Fortuna Sittard, FC Astra Giurgiu, FC Academica Clinceni en Roda JC Kerkrade
CONTRACT: Tot medio 2021
Tekst: Bert Jan Boer Bron: Rodajckerkrade.nl