Aan het begin van dit seizoen had hij niet durven hopen rond deze periode zeventien wedstrijden achter zijn naam te hebben. Xander Lambrix blijft er nuchter onder. “Ik heb een eerlijke kans gekregen. Dan is het aan mij om me te bewijzen."
De resultaten vallen enigszins tegen, maar jij zult niet ontevreden zijn over je prestaties.
“Ik mag inderdaad niet klagen. In de zomer kwam ik over van de Beloften van Racing Genk. Ik zag het als een stap vooruit die goed was voor mijn ontwikkeling en wilde de concurrentie aangaan. Nadat ik in de voorbereiding veel minuten had gemaakt, startte ik de eerste drie competitiewedstrijden in de basis. Na de 4-0 nederlaag bij De Graafschap, waar ik slecht speelde, verloor ik mijn plek aan Richard Jensen. Toch maakte ik vier wedstrijden later alweer mijn rentree nadat Richard een blessure opliep. Sindsdien sta ik weer op mijn positie als centrale verdediger en heb ik stappen gemaakt."
Zoals?
“De trainer wil graag van achteruit opbouwen, daar ligt ook mijn kracht. Hij verwacht van mij dat ik de ballen met steeds meer lef inspeel. Vanuit de Beloften van Racing Genk belandde ik in de grote mannenwereld. Dat was even aanpassen. Ik ben een voetballende verdediger en moet harder worden in de duels. In de jeugd en bij de Beloften won ik vrijwel al mijn kopduels. Nu is dat een stuk lastiger tegen fysiek sterke spitsen. Daarom ben ik veel in de gym te vinden om krachttraining te doen. Ook daarom gaat het steeds beter. Hoe vaker ik speel, hoe zekerder ik word en hoe meer progressie ik boek. Daarom zie ik elke speelminuut als een leermoment."
Vanaf je negende kwam je uit voor Racing Genk, maar de stap naar de hoofdmacht bleef uit. Hoe teleurstellend was dat?
“Racing Genk is een absolute topclub. Natuurlijk hoopte ik door te stromen naar het eerste elftal, maar ik heb me altijd gerealiseerd hoe lastig dat is. In de echte top krijgen weinig jonge spelers een kans, zeker op mijn positie als centrale verdediger. Kevin van Dessel, mijn trainer bij de Beloften, was heel tevreden over mij. Toch werd mijn contract niet verlengd. Ik denk niet dat ik het slecht heb gedaan, maar bij Racing Genk moet je écht top zijn. Ik zag mijn vertrek wel aankomen. Daarom was het ook geen schok en neem ik niemand iets kwalijk. Nu heb ik ook een mooie stap gemaakt. Toine van Mierlo legde het eerste contact. Met hem had ik een heel positief gesprek. Hij gaf me een goed gevoel over Roda JC, liet weten dat ik een eerlijke kans zou krijgen en dat ik met mijn kwaliteiten de concurrentie kon aangaan."
Die nu weer is toegenomen met het herstel van Richard Jensen en de komst van Stan van Dijck.
“Bij iedere club heb je met concurrentie te maken. Ik heb een eerlijke kans gekregen. Dan is het aan mij om me te bewijzen. Al met al ben ik tevreden over het aantal minuten dat ik speelde en over mijn prestaties. Maar natuurlijk kan en moet het altijd beter. Daarom ben ik blij met de tips die ik van mannen als Roel Brouwers en Kees Luijckx krijg. Duidelijk is dat ik nog meedogenlozer en sterker moeten worden. Of dat in me zit? Als het moet kan ik zeker een schop uitdelen, hahaha. Dat neemt niet weg dat ik er alles aan doe om zoveel mogelijk wedstrijden te blijven spelen en nog meer te leren van mijn medespelers en tegenstanders. Én ik hoop dat we dit seizoen nog supporters mogen begroeten. Het is altijd mijn droom geweest om voor volle stadions te spelen. Toen hier vierduizend fans zaten, vond ik het al geweldig. Laat staan als het nog voller zit. Hopelijk gaan we dat dit seizoen nog meemaken."
Tekst: Bert Jan Boer